Slot Loevestein
Zo ergens halverwege mijn jeugd heb ik een geschiedenishandicap opgelopen. Dat houdt in dat mijn latent aanwezige, historische kennis ergens een aderlating heeft ondergaan. Hoewel het mij op dit vlak heeft verzwakt, ben ik herstellende. In de praktijk betekent dit dat ik mijn leergierigheid weer heb opgepakt, maar dat alle schoolkennis van weleer voorgoed is verdwenen.
Dat is best frustrerend. Met name omdat ik met regelmatig op het gebied van geschiedenis, maar ook in andere vormen van wetenschap, word afgetroefd door mijn negenjarige zoon. Gelukkig beschik ik over een mobiele telefoon (met 4Gnetwerk) en hij niet. Zodoende lukt het me meestal nog wel om hem een paar stappen voor te blijven en een paraatheid aan kennis te veinzen.
Er is een oorzaak aan te wijzen
Bovengenoemde is met name veroorzaakt door mijn geschiedenisleraar, al kon hij er niets aan doen. Iets aan hem stond mij tegen; afkeer grenzend aan angst. Géén idee waar die weerzin vandaan kwam. Voor alle duidelijkheid: hij heeft mij nooit iets misdaan. Hij heeft hooguit zijn frustraties geuit en geklaagd over mijn tekortschietende sympathiebetuigingen: “als blikken konden doden, dan was ik een hoopje as”.
Hoe dan ook, hij heeft mij de lust om geschiedeniskennis te vergaren destijds ontnomen. Daarbij moet worden genoemd dat ik ook altijd moeite heb gehad met grote lappen tekst. Ik weet sinds kort dat ik dat dit genetisch is bepaald. Die snel optredende woordmoeheid is een niet te negeren factor in deze schuldzaak. Waarom ik ooit tekstschrijver ben geworden, is mij dan ook een raadsel.
Excuses voor de beste man
Ik zou met terugwerkende kracht graag mijn excuses aanbieden, maar ik heb geen idee meer hoe de leraar heet, of hij nog les geeft op die school en of hij überhaupt nog leeft.
Hij had rossig haar en een immer blozend sproetenhoofd. Ik zie zijn gezicht zo voor me en volgens mij was hij de vriendelijkheid zelve. Maar misschien vond ik dat juist zo angstaanjagend aan hem.
Het is toch weer goed gekomen
Inmiddels ben ik een stuk leergieriger als het gaat om geschiedenis en andere vakdisciplines. Het is niet zo dat ik een inhaalslag maak, maar ik kijk graag historische films die zijn gebaseerd op waarheden. Vervolgens zoek ik die waarheden op. Niet zonder uitzondering ben ik daar uren mee zoet en struin van Wikipediapagina naar geschiedenissites en van historisch delinquent naar geschiedkundige grootheid. Helaas onthoud ik niks, maar de interesse is er.
Als het gaat om cognitieve verwerking van de informatie, heeft het bezoeken van een historische plek meer kans op resultaat. Nieuwe wetenswaardigheden kunnen koppelen aan een locatie, legt onverwoestbaar sterke verbindingen in mijn brein. Helemaal als dit gepaard gaat met een gezonde fascinatie. In dit geval gaat hem om locatie: slot Loevestein (waaraan wij gisteren een bezoek brachten) en fascinatie: Hugo de Groot.
Hugo de Groot, wie was dat ook alweer?
Reeds op de heenweg naar Poederoijen, verdiepte ik mij vluchtig in het verhaal achter Slot Loevestein en zag al snel de naam Hugo de Groot. Ik raakte flink geboeid door het verhaal. Wagenziekte riskerend las ik gretig verder. Met name de controversiële gedachtegang van Hugo fascineerde mij.
Zeg je Hugo de Groot, dan zeg je boekenkist. Maar verder dan dat reikte mijn kennis niet. Tot gisteren. Geen idee of ik Hugo-technisch gezien ook de schuld moet zoeken bij de afkeer voor mijn geschiedenisleraar; ik denk dat ik het vak al had laten vallen voor dit onderwerp aan bod kwam.
Bijna een longread
Om diezelfde reden heb ik ooit de volledige levensloop van Baruch Spinoza uitgeplozen. Beide mannen hebben veel betekend voor de huidige samenleving en de manier waarop wij tegenwoordig met godsdienst en politiek omgaan. Beiden ook zeer intelligente mannen. Daarmee houdt de vergelijking ook wel zo’n beetje op, maar standaard waren ze in ieder geval niet.
Graag zou ik jullie deelgenoot willen maken met mijn kersverse informatie, maar dit stuk tekst valt al bijna in de categorie longread en dat lijkt me nou ook weer niet nodig. Voor degene die toch nieuwsgierig is, heb ik het verhaal achter Slot Loevestein en Hugo de Groot kort samen gevat in jip-en-janneketaal.
Slot Loevestein: heel toegankelijk
Een bezoek aan het slot werpt je echt terug in de tijd, met name omdat het letterlijk en figuurlijk heel toegankelijk is (al hielden ze in de middeleeuwen geen rekening met rolstoelen). Je mag écht nagenoeg overal komen. De zware deuren tussen de verschillende ruimtes moet je zelf openen. Ik denk dan meteen aan al die historische handen die die deurklinken hebben aangeraakt.
Storende elementen als wegwijzers, afbakeningen en moderne elementen, zijn tot het minimum beperkt. Zelfs de beroemde boekenkist waarin Hugo heeft weten te ontsnappen staat open en bloot in de ruimte. Ik kon nog nét mijn zoontje ervan weerhouden om er bovenop te klimmen.
Dat heeft hij overigens niet van een vreemde. Ik heb een kinderlijke behoefte om alles aan te raken, zeker als het zo oud is. Zoals een baby ontdekt met de mond, ontdek ik met mijn handen. Alsof ik de historie voel; maar als ik dat zeg, kijken mensen me meestal bevreemd aan. Omdat ik reeds een reputatie als heks heb, kan ik mijzelf daar ook beter niet over uitweiden. Zeker niet als je al dwars door de middeleeuwen heenloopt en er genoeg hout ligt voor een fikse brandstapel op de binnenplaats.
De bruid van Loevestein
Ik moest me ook beheersen om niet uitgebreid de jurk van Susanna van Oostdijk te beroeren. Even mijn vingers begraven in de stof, al leek me het een replica. Ook zo iemand die me dan intrigeert, al was het maar om de romantische bijnaam “de bruid van Loevestein”. Het wakkert spontane kennishonger aan. Het verhaal was zo sprookjesachtig als gehoopt en valt binnen het kader “alles voor de liefde”. Ze ging haar geliefde Arnoldus Geesteranus achterna, tot in de gevangenis van Loevestein aan toe. Ze trouwde daar met hem en ze kregen er drie kinderen. Aaahw…
Nog net binnen de 1000 woorden sluit ik af met: een bezoek aan het slot is echt een aanrader!
Ben nog nooit in Loevestein geweest. Staat nu op m’n lijstje.
Met geschiedenis had ik moeite dat het niet in chronologische volgorde werd gegeven, omdat alles op die manier met elkaar te maken heeft.
Dwaalde dan ook geregeld af in m’n eigen gedachtes. Als schoolvak werd het dus niet veel bij mij. Wel had ik een geschiedenisleraar die een paar jaar terug even de oudste man van Nederland was.
Ja afdwalen was ook mijn probleem. Maar ik herinner mij wel een chronologische volgorde bij de lessen?
Dat van die tekortschietende sympathiebetuigingen herken ik wel.
Jij had ook een afkeer voor een leraar?
Dat is ook een rare gedachte! Ik denk daar ook wel eens over na, wat deden mijn voorouders in die tijd?
Op de eerste plaats overleven en daarnaast uit het leven gegrepen situaties meemaken die vast heel boeiend zijn om als nakomeling te ontdekken. 😉
Zo beschreven komt geschiedenis vanzelf tot leven. En als stenen konden spreken …
Een familielid van mij heeft daar tijdens de 80-jarige oorlog gevangen gezeten.