De ik-illusie
Leestijd: 8 minuten
Non-dualiteit wordt in het algemeen als een complexe filosofie beschouwd. Dit heeft in mijn beleving meerdere oorzaken. De vorige keer beschreef ik hoe taal een belemmering vormt. Dit keer zal ik een andere ‘hindernis’ toelichten: de ik-illusie. Oftewel: de veronderstelling dat wij afgescheiden wezens zijn.
In dit aardse bestaan zien wij onszelf als afzonderlijke objecten. Als je nog niet lang bekend bent met non-dualiteit is dat voor jou waarschijnlijk een feit waar niet aan te tornen valt of waar je in alle vanzelfsprekendheid zelfs nooit over na hebt gedacht. Dat is logisch en in zekere zin klopt het: subjectief gezien is jouw fysieke verschijning niet de mijne.
Waarom is het dan illusoir? Het idee van afgescheidenheid wordt gecreëerd in ons brein. Wij zijn, naast een beperkt aantal diersoorten, de enige wezens op aarde die na de geboorte geleidelijk aan zelfbewustzijn ontwikkelen. Een vermogen dat zich alleen afspeelt dankzij de evolutie van onze hersenen.
Hoe ontstaat de ik-illusie?
In hoeverre jij jezelf als een afgescheiden, autonoom individu beschouwt, heeft veelal te maken met de mate van identificatie met je ego (in het Sanskriet vertaald als Ahamkára: de ‘ik-maker’). Deze ik-illusie staat weer onder invloed met waar en hoe je bent grootgebracht en is in de loop van je leven voortdurend aan verandering onderhevig. Ben je bijvoorbeeld opgegroeid in een cultuur die nauw samenleeft met de natuur, of waarbij je handelt in het belang van je gemeenschap? Of ben je opgegroeid met het idee dat je moet presteren, iets moet bereiken in het leven en heb je geleerd dat status heel belangrijk is?
Ons ego heeft in het algemeen geen goede reputatie. In eerdere blogs benadrukte ik echter al dat non-dualiteit niet ‘voorschrijft’ dat het ego iets is waar we vanaf moeten. Het ego maakt het leven interessant, het zorgt ervoor dat er een voortdurende behoefte is aan ontwikkeling en het behoedt onszelf voor onveilige situaties. Toch hebben velen er behoorlijk last van, vaak totaal onbewust. Je ego wordt immers onder andere gevormd door aannames, overtuigingen, gewoonten en vaste patronen. Het schept het idee van niet goed genoeg zijn of hebben, rollen moeten vervullen, je zorgen maken over wat anderen vinden en begeerte in het algemeen.
Je Zelf herkennen
Wanneer je je verdiept in non-dualiteit, ga je vanzelf herkennen wanneer je vanuit je ego handelt en wanneer vanuit je Zelf. Zelf is hier bewust met hoofdletters geschreven; niet om er een heilig goed van te maken, maar om het verschil te maken met de ‘ego-ik’, die zich ook ‘zelf’ noemt. Sommigen hebben het over geest versus ziel, ratio versus intuïtie, brein versus hart. Het maakt uiteindelijk niet uit hoe je het noemt, het zijn ieder beperkte en beperkende benamingen (zie: De beperktheid van taal). Wanneer je bijvoorbeeld termen als ‘ziel’ gebruikt, wekt dit de suggestie dat het om een individuele ziel gaat, die ook na dit aardse bestaan als individuele ziel verder reist, terwijl het Zelf allesomvattend is: één energie in beweging.
Iedereen kent wel die keren waarop iets intuïtief lijkt te kloppen. Alles verloopt soepel, zonder stress. Je voelt een soort sprankeling, een diep innerlijk weten wordt aangeboord. Het is de herkenning van het juiste, de enige goede weg. Je haalt het beste uit je talenten, je bent in ‘flow’. Men noemt het ook wel resoneren. Er is sprake van een onbeschrijfelijk en onverklaarbaar gevoel van herkenning. Dit zijn de keren waarbij je ego zwijgt en je Zelf handelt. Door hier vaker naar te luisteren en deze momenten te herkennen, zal je ego steeds vaker naar de achtergrond verdwijnen en je alleen dienen waar nodig.
Hoe kun je je ego-gedachten onderscheiden van je intuïtie, het Zelf? Een graadmeter is het volume: je ego overschreeuwt, je intuïtie is stil of fluistert. Je ego zoekt daarbij bevestiging van anderen, het Zelf heeft geen bevestiging nodig. Je Zelf is helder, zonder twijfel en volledig vrij van aannames en overtuigingen.
Als we geen individu zijn, wat dan wel?
Non-dualiteit verwijst naar het idee dat alles één geheel is. Geen ik, geen ander. Geen scheiding tussen object en subject. Wij zijn dus geen individu, maar één met alles om ons heen. Ik lees en hoor vaak de eeuwenoude metafoor van golven in een oceaan.
Wij zijn ieder unieke wezens, met talenten en eigenschappen. Vergelijk dit met unieke golven: grote golven, kleine golven, overslaande golven, schuimige golven, kabbelende golven. Stuk voor stuk tijdelijke vormen van water in beweging, die samen de gehele oceaan zijn. Ook als de woeste golf kalmeert, blijft de oceaan dezelfde oceaan. Wij ervaren onszelf als golf en zijn tegelijk de hele oceaan.
Wet van behoud van energie
Non-dualiteit gaat uit van het principe dat wij en alle materie in het universum uit dezelfde bron voortkomen, uit dezelfde bouwstenen (protonen, neutronen en elektronen) bestaan en op energetisch niveau één geheel zijn. In de natuurkunde is dit idee aan te tonen aan de hand van de wet van behoud van energie. We kunnen in fysieke vorm wel afgescheiden zijn, maar de totale energie is sinds het ontstaan van dit universum onveranderd en onlosmakelijk verbonden: voortdurende energie in beweging. Als wij als mens overlijden, dan vergaat ogenschijnlijk het stoffelijk lichaam, de totale energie blijft echter bestaan, hetzij in een andere vorm.
Voor wie niet (meer) weet wat de natuurkundige wet van behoud van energie inhoudt, zal ik een kleine toelichting geven. De formule Σ Ein = Σ Euit, stelt dat energie van vorm kan veranderen (beweging, warmte, licht, enzovoort), maar niet verdwijnt. De natuurkundig onderlegde lezers onder ons merken nu terecht op dat deze wet alleen geldt voor een afgesloten ruimte. Ons universum kent echter geen ‘buiten’ waar energie of materie uit kan stromen en wordt daarmee als afgesloten ruimte beschouwd. Energie verschijnt dus in verschillende vormen, maar is altijd onderdeel van hetzelfde universele ‘reservoir’ waarbij niets verloren gaat.
Je bent niet wat je denkt
Als je iemand vraagt wie of wat hij/zij is, dan volgt al snel diens naam en de maatschappelijke rollen die hij of zij heeft in het leven. Werknemer/werkgever, vader/moeder, broer/zus, zoon/dochter enzovoorts. Een ander antwoord kan eigenschappen, gevoelens of emoties omvatten: vriendelijk, hulpvaardig, invloedrijk, achterdochtig, blij, verdrietig. Dat is immers wat ons is geleerd, maar het is niet wat je werkelijk bent; het is niets anders dan een vluchtige gedachte of emotie, tijdelijk en veranderlijk van aard. Je kunt immers vandaag student zijn en volgende week ineens advocaat. Je kunt chagrijnig opstaan, terwijl je humeur na een douchebeurt opknapt. In essentie is dat allemaal niet wat je bent, want je bent in wezen niet veranderd.
Ga je verder kijken dan de gedachten die je hebt over jezelf, dan merk je dat een gedachteloze ‘ik’ niet ineens ophoudt te bestaan. Als je in absolute stilte en zonder gedachten of emoties niet verdwijnt, dan kun je dus stellen dat je enkel bewustzijn bent. Het lijkt misschien alsof je nog enigszins invloed hebt op wat je wel en niet denkt, maar dat is niet anders dan een volgende gedachte.
“Wie ben ik? Ik ben niet mijn gedachten, want ik kan ze observeren. Ik ben niet mijn emoties, want ik kan ze voelen. Ik ben eenvoudigweg het bewustzijn dat al deze dingen ervaart.“ — Mooji
Welke gedachten en emoties er in jou opkomen, is afhankelijk van de chemische samenstelling in jouw brein, die weer afhankelijk is van de omstandigheden waarin je jezelf ontwikkelt. Het is hoe energie in beweging zich op dat moment manifesteert. Het specifieke punt waarop jij nu staat en hoe jij handelt in het leven en hoe jouw karakter is gevormd, is niks anders dan een gevolg van actie-reactie. Dat niet iedereen voortdurend dezelfde beslissingen maakt of dezelfde gedachten heeft, zelfs niet in eenzelfde situatie, heeft te maken met het feit dat niemand onder dezelfde omstandigheden leeft (zelfs een eeneiige tweeling maakt niet exact dezelfde dingen mee). Het is de ik-illusie.
Het ego zit in de weg
Lange tijd vond ik het moeilijk voor te stellen dat ‘ik’ een illusie is, oftewel: mijn identiteit (identificatie met mijn ego) zat in de weg. In de basis herkende ik aspecten, zoals je soms een vlaag van herkenning in de ogen van een wildvreemde ziet. Ik las echter ook uitspraken als: “ik ben jou en jij bent mij”, wat ik niet kon verenigen met het gevoel een eigen identiteit te hebben. Ik ben immers Yukiko en niet tegelijk mijn eigen kind, de hond van de buren, de boom voor het huis, de Eiffeltoren of een ventieldopje. Inmiddels begrijp ik dat beide redeneringen waar zijn. Ik ben enerzijds een individu met een persoonlijkheid/ego. Anderzijds ben ik onderdeel van het Ene, een groter energetisch geheel, een bewustzijn dat zich in mij vertaalt naar mijn intuïtieve Zelf.
Persoonlijke omstandigheden, ontwikkeling en conditionering bepalen hoe sterk je aan jouw identiteit bent gehecht en hoe makkelijk je jezelf kunt overgeven aan andere ideeën. Dat het misschien ook wel eens anders kan zijn dan je altijd dacht. De informatie uit dit blog resoneert met jou of niet en dat is niet goed of slecht: het is zoals het is. Maar stel dat iedereen de ik-illusie zou doorzien, dan zouden wij met meer empathie en compassie met elkaar omgaan. Wanneer je doorkrijgt wat de impact van onze verbondenheid met elkaar is, ga je vanzelf leven volgens de universele gulden leefregel. Want al jouw daden zijn handelingen in de hele ‘oceaan’: met verstrekkende gevolgen die uiteindelijk ook weer bij jezelf terugkeren.
Kijktip:
De documentaire-serie ‘Connected’, die momenteel (november 2024, voor wie dit later leest) via Netflix is te streamen, toont aan hoe wij met elkaar en alles om ons heen door middel van oorzaak en gevolg in verbinding staan.