Over ego enzo
De begrippenlijst heb ik gemakshalve opgedeeld in drie teksten, overigens geheel in Yukiko-stijl: zonder enige logica in volgorde. Dit is het tweede deel; de vorige keer kwamen de termen Advaita, non-dualiteit/non-dualisme, het Ene, verlichting, ontwaken, de droom en illusie aan bod. Mocht je die hebben gemist dan kun je het teruglezen in het laatste blog. Dit keer licht ik toe wat er wordt bedoeld met relatieve en absolute realiteit, de getuige en het ego.
Over ego en illusie gesproken: mijn ego heeft niet de illusie met iets nieuws op de proppen te komen. Alles wat ik schrijf over non-dualiteit is grotendeels geformuleerd met geleende woorden, maar dan gezien vanuit mijn perspectief en mijn interpretatie van de betekenis. Deze informatie is vergaard uit boeken, documentaires, interviews en podcast, waar voor het overgrote deel ook geen originele kennis wordt gedeeld. Het enige doel van dit begrippenoverzicht is om je de moeite van het opzoeken te besparen. Al adviseer ik je, wanneer je dit interessante kost vindt, vooral meer over dit te gaan lezen via andere bronnen.
Relatief en absoluut
Er wordt soms gesproken over ‘relatieve’ en ‘absolute’ realiteit. Oftewel: in het dagelijks leven zie je de relatieve realiteit (het alledaagse gezien als individu met rollen, gedachten, meningen etc. waarbij alles alleen kan worden waargenomen in relatie tot iets anders). Eenmaal ‘ontwaakt’ zie je de absolute realiteit (het tijdloze en oordeelloze gezien vanuit je essentie).
Inzoomen en uitzoomen
Filosoof Paul Smit noemt dit inzoomen en uitzoomen. Duidelijkere termen ben ik nog niet tegengekomen. Paul vergelijkt het ook wel met de rode pil en de blauwe pil uit de film ‘the Matrix’. Kort gezegd leven we hier op aarde eigenlijk altijd ingezoomd in een duale wereld (de blauwe pil). Je hebt diverse zintuiglijke waarnemingen, je bent bekend met de materie om je heen. Je ervaart emoties, je hebt gedachten en oordeelt over alles wat je waarneemt en voelt. Eigenlijk het leven zoals je het altijd al hebt beleefd.
Pas als je ‘uitzoomt’ en het geheel overziet zonder enige gedachten, kan er worden ervaren dat we slechts energie in beweging zijn (de rode pil). Dat alles wat wij meemaken gebeurt zonder dat wij daar zelf invloed op uit oefenen. Deze uitspraak (ik weet niet van wie), slaat de spijker op zijn kop:
“Je bent niet langer de ‘ik’ die naar het universum kijkt, maar het universum die naar de ‘ik’ kijkt”
Oftewel: het waarnemen dat alles is wat het is en dat we onlosmakelijk met elkaar zijn verbonden.
Je kunt niets doen en tegelijkertijd toch wel iets
Journalist en vrij radicale non-dualist Tony Parsons zegt dat je niks kunt doen om tot inzicht van het absolute te komen (dus: inzien dat je één bent met alles). Volgens schrijver Jan Geurtz is het echter een misvatting dat je dan maar al wachtend achterover moet leunen (op zich doe je dan ook al iets). Informatie opdoen is toch wel noodzakelijk. Al die ‘verlichte’ denkers hebben zelf ook jarenlang onderzoek verricht om tot bepaalde inzichten te komen.
Ik ben het wel eens met Jan Geurtz. Een wiskundige heeft immers ook eerst moeten leren rekenen om tot bepaalde formules te komen. Niets doen houdt dus in: voor het bereiken van ‘verlichting’ of op zijn minst bepaalde inzichten, kun je geen handeling verrichten, zoals een schakelaar omzetten (om in termen van verlichting te blijven). Toch is het wel degelijk nodig om eerst bepaalde kennis op te doen, zodat er een denkrichting (=nieuwe verbindingen in je brein) ontstaat.
Er komt vanzelf een moment dat er een inzichtsverschuiving plaatsvindt. Dit kan gebeuren tijdens lezen over non-dualiteit, tijdens diepe meditatie, een boswandeling of gewoon tijdens het vouwen van de was. Je kunt er een heel spiritueel decor omheen bouwen met Boeddhabeelden, wierook en een altaar. Prima, als je daar van houdt, maar het is niet nodig om je kennis te verrijken. Dat laatste is denk ik waar Tony Parsons op doelt. Niet één specifieke handeling is de sleutel tot inzicht; het komt ooit of nooit, wat je ook doet.
De getuige
Tijdens het zogenaamde ontwakingsproces kun je (tijdelijk) loskomen van je zelfbewustzijn, een soort langdurig ‘uitzoomen’. Het gevoel van controle verdwijnt en je wordt een getuige die enkel toekijkt. Deze getuige is niet letterlijk op afstand, maar het middelpunt van wat plaatsvindt en de toeschouwer van buitenaf tegelijk. De getuige neemt oordeelloos waar en is in feite je wezenlijke ‘zijn’, je innerlijke ‘weten’. Het is dus niet hetzelfde als een uittreding, waarbij je jezelf als een getuige beschouwt die van een afstand bekijkt wat er met jouw lichaam gebeurt. Wanneer je het zo ervaart, dan is het slechts je egobewustzijn in een andere rol. De getuige ziet zichzelf niet, zoals een oog zichzelf ook niet kan zien.
Het brandpunt verschuiven naar de getuige-positie, is niet iets wat je kunt sturen. Wel kan het bij iedereen gebeuren, want die getuige zit in ons. Bijvoorbeeld wanneer het besef ontstaat dat je niet zelf de maker van je gedachten bent, slechts de ontvanger. Of wanneer het idee ‘dat er geen schuldigen of doeners zijn van de dingen die jou overkomen‘ goed is geïntegreerd. Het is overigens geen toestand waarin je altijd wilt en kunt verblijven, want dan functioneer je niet meer.
Als je wel eens mediteert (doe ik zelf overigens (vooralsnog) niet) herken je misschien ook wat er met de getuige wordt bedoeld. Waarschijnlijk beleef je de getuige-ervaring als vluchtige momenten, de momenten waarin je kortstondig loskomt van je gedachten. Na die meditatiesessie sta je al snel weer met beide benen op de grond. Het leven van alledag neemt je weer in zijn greep. Je hebt het weer over een ‘ik’ die aan taken, zorgen en lasten deelneemt. Dit alles met het gevoel dat je controle hebt, dat je dingen anders kunt of had kunnen doen. Misschien maak je je wel druk over iets wat er onlangs is gebeurd of wat er nog gaat gebeuren. Oftewel: het ego herpakt de controle.
Het ego
Over dat ego (Latijn voor ik) valt ook wat te zeggen. Deze term is op zich niet onbekend, maar wordt nogal eens verkeerd toegepast. Ik doel dan ook niet op ego als ‘egoïstisch persoon’ of iemand met een ‘groot ego’, waarbij men “wat een ego!” roept. Het gaat over wat in het Sanskriet Ahamkara, oftewel de ‘ik-maker’ heet.
De meesten van ons zijn volledig geïdentificeerd met het ego. Het ego geeft de beleving van een ‘ik’: onszelf als individu, met daarin belangrijke rollen (de partner, de ouder, de werknemer etc.). Ego creëert ons zelfbeeld en geeft daarbij gevoel van controle. Het is onze drijfveer om onszelf te blijven verbeteren, te leren, te beschermen enzovoorts.
Het ego heeft een slecht imago
Het ego heeft, zeker onder de ‘zoekers’, een slecht imago. Vaak wordt het ego gezien als iets duisters waar we vanaf moeten. Toegegeven, het zit ons soms danig in de weg. Het ligt aan de basis van alle ruzies, discussies (ook de interessante) en oorlogen.
Het kan er bijvoorbeeld voor zorgen dat we onszelf en anderen voortdurend bekritiseren. Het kan de oorzaak zijn van een constante behoefte aan goedkeuring, met misschien wel manipulatief gedrag als gevolg. Het is de oorzaak dat we ons zorgen maken, meestal over het gebrek aan controle en alsof het allemaal niet erg genoeg is: het geeft ons een gevoel van voortdurend falen op de koop toe. Dit alles helaas maar al te vaak volledig onbewust en op de automatische piloot.
Toch is ons ego ook functioneel. Zonder ego zouden we onszelf nog nauwelijks ontwikkelen, maar iedere dag hetzelfde trucje herhalen op basis van instinct. Ik wil er dan ook niet vanaf, want dankzij mijn ego kijk ik bijvoorbeeld ook uit bij het oversteken, denk ik na over wat we gaan eten, omring ik mij met dingen die ik mooi vind, mensen die ik leuk vind (en geniet ik daar ook van) en kan ik agenda-afspraken maken. Wanneer je echt begrijpt waar non-dualiteit naar verwijst, zit je ego je ook niet langer (of op zijn minst een stuk minder) in de weg. Je ego is dan slechts een handig gereedschap dat het leven interessant maakt en dat je vooral niet al te serieus moet nemen.
Kijktip:
Eerder genoemde filosoof Paul Smit legt een deel van al het bovenstaande heel helder uit tijdens een van zijn lezingen. Wie Facebook heeft, kan dit korte filmpje bekijken.
In het laatste deel van de begrippenlijst, komen bewustzijn, zelfbewustzijn en puur Bewustzijn aan bod.
Ik maak liever onderscheid in ‘ik’ en ‘ego’. Ego is wat je zou kunnen noemen de beschermer van het ‘ik’, datgene waardoor je in de verdediging schiet wanneer je je tekort gedaan voelt. Het ‘ik’ is wel een noodzakelijke aanwezigheid in de wereld maar het is niet wat je bent. Dus wil je dat weten moet je het werkelijk bestaan er van onderzoeken. Dat onderzoeken wordt overigens nauwelijks gedaan en dan blijft het bij kennis en er uitgebreid over filosoferen.
Volgens mij bedoelen wij hetzelfde. Het ego geeft de beleving van ‘ik’, maar is niet hetzelfde als ik.